Terug..


FOKBELEID

Aan de volgende selectiecriteria hecht Vreugdenhil in zijn fokbeleid grote waarde;

  1. Het geboorteverloop moet positief zijn, d.w.z. dat het kalf bij voorkeur zonder hulp geboren moet kunnen worden. Dit betekent dat het risico op complicaties minimaal dient te zijn. Dit is het beste voor moeder en kind. Er zal geen stier worden gekozen waarvan bekend is dat er risico's bestaan t.a.v. het afkalven.
  2. Slechte karaktereigenschappen dienen te worden weggeselecteerd. Het melkvee mag niet zenuwachtig zijn. Het moet zich rustig en niet al te dominant gedragen. Het vee wordt in de wintermaanden gehuisvest in een traditionele Hollandse grupstal. Hier wordt het ook tweemaal daags gemolken. Dit betekent dat men gehurkt tussen het vee in moet. Het vee mag ook de hoorns behouden. Hiermee kan men elkaar aardig toetakelen als er sprake is van een slecht karakter. Het moeten gewoon lieve koeien zijn.
  3. Bij de productievererving ligt het accent op de gehalten. Koeien moeten efficiënt melk kunnen produceren met een hooggehalte aan vet en eiwit. De melkproductie wordt niet gestimuleerd met veel krachtvoer. Het dier moet juist veel ruwvoer - gewonnen op het eigen bedrijf - kunnen opnemen en omzetten in kwalitatief goede melk met veel vet en eiwit. Daarnaast wordt grote waarde gehecht aan een gelijkmatige productie, d.w.z. dat de lactatiecurve gelijkmatig verloopt.
  4. Bij de exterieurvererving wordt er op gelet dat de dieren niet te groot worden. Er kunnen in de grupstal nu eenmaal geen aanpassingen aan de standplaats plaatsvinden. Om het risico op speenbetrapping te voorkomen dienen de uiers en de tepels niet te groot te zijn en over de juiste vorm te beschikken. Dit betekent dat er ook sterk wordt gelet op een goede ophangband. Aan de kwaliteit van het beenwerk worden geen concessies gedaan en de inhoud moet in verband met de wens veel ruwvoer te kunnen opnemen gewoon goed zijn.


Terug..